Protestantse Kerk
Doorgaan naar hoofdinhoud
Vindplaats van geloof, hoop en liefde

Nieuw onderzoek geeft antwoord op de vraag hoe jongeren leren geloven

Allerlei culturele ontwikkelingen maken het ‘leren geloven’ van jongeren vandaag de dag een ingewikkeld proces. Ondanks de uitdagingen leren ook in 2023 jongeren nog geloven, blijkt in het nieuwe onderzoeksrapport ‘Dat je groeien mag’. Jongeren en hun opvoeders noemen daarin vijf verschillende groeibevorderende factoren.

In het onderzoek, dat is uitgevoerd door de Protestantse Kerk in Nederland, de Protestantse Theologische Universiteit en Hogeschool Windesheim, werd onderzocht in welke praktijken leren geloven plaatsvindt, welke verlangens jongeren en hun opvoeders ten aanzien van leren geloven hebben, en hoe deze praktijken en verlangens zich verhouden tot theologische en pedagogische literatuur. Middels een casestudy in een protestantse gemeente waarin verschillende wijkgemeenten intensief samenwerken is in verschillende focusgroepen zowel met jongeren en jongvolwassenen (van 10-25 jaar) als met opvoeders gesproken.

Leren geloven

Jongeren blijken binnen tal van praktijken te leren geloven. Opvallend vaak noemden jongeren christelijke kampen en events als de belangrijkste plek hiervoor. Ook thuis is een belangrijke plek, vooral voor jonge tieners. Het jeugdwerk noemden zij ook vaak. Het is een plek waar zij zich over het algemeen thuis voelen en waar ze vriendschappen sluiten. De laatste plek die zij veel noemden was de kerkdienst. Met name oudere jongeren waren hier juist heel kritisch op. Het was een plek waar ze volgens henzelf zouden moeten leren geloven, maar allerlei factoren belemmeren die geloofsgroei. 

Aansluiten bij belevingswereld

Uit het onderzoek bleek dat vijf factoren de geloofsgroei stimuleren. Ten eerste hebben jongeren aansluiting bij hun belevingswereld nodig. Ten tweede vragen ze om leerstof die verder brengt, ten derde om exploratieruimte. Leren geloven kan alleen als er een leeromgeving is waarbinnen jongeren zich veilig voelen. Dit is de vierde factor. 

Ten slotte hebben jongeren opvoeders nodig die verschillende opvoedrollen inzetten: volwassenen die jongeren zien en waarderen, die een voorbeeld zijn in woord en daad, die de exploratie begeleiden, die kennis en expertise inbrengen en die jongeren stimuleren deel te nemen aan leerprocessen waar leren geloven aandacht krijgt.  

Vuurtje brandend houden

Corina Nagel-Herweijer, onderzoeker en medewerker van de dienstenorganisatie van de Protestantse Kerk, denkt dat deze factoren behulpzaam zijn voor opvoeders in de kerk en thuis. “Met Pinksteren vieren we hoe Gods Geest mensen in vuur en vlam zet en hoe het goede nieuws van Gods bevrijdende liefde zich als een lopend vuurtje over de wereld heeft verspreid. Diezelfde Geest raakt ook nu, in het ontkerkelijkte Nederland, nog harten van jongeren aan en houdt dat vuurtje brandend. Opvoeders mogen houtjes aan dat vuur toevoegen. Iedere groeibevorderende factor is wat mij betreft zo’n houtje.”

In het najaar zijn toerustingsmaterialen voor kerken bij dit onderzoek beschikbaar.

Download het onderzoeksrapport

Luistertip: in deze podcast gaat Koos Tamminga in gesprek met Corina Nagel en Anko Oussoren, jongerenwerker en jeugdwerkadviseur bij Kerkpunt over leren geloven en de geestelijke vorming van de jonge generaties. 

Was deze informatie zinvol?
We hebben je feedback ontvangen, dankuwel!

Om deze pagina verder te verbeteren zijn wij benieuwd waarom u deze pagina wel of niet zinvol vond. U kunt ons helpen door de onderstaande vragen in te vullen.

Mogen we je contactgegevens voor eventuele verdere vragen? (niet verplicht)